De vroege Republiek
Na een reeks koningen, van wie Romulus de eerste was en Tarquinius Superbus de laatste, werd het Romeinse rijk een republiek. De republiek ontstond om precies te zijn in 509 voor Christus, toen Tarquinius Superbus van de troon werd gestoten. Zijn plaats werd niet ingenomen door een nieuwe koning, maar door twee consuls. Revolutionair, want voor zover we weten begon zo de geschiedenis van de eerste republiek ter wereld.
Onder leiding van de consuls groeide Rome uit tot een wereldrijk. Dat ging uiteraard niet zonder slag of stoot – er werden duizenden mannen gerekruteerd voor het Romeinse leger. De veroveringen begonnen uiteraard dicht bij huis, maar breidden zich steeds verder over het schiereiland uit.
Vlak voor 200 voor Christus keken de Romeinen al verder dan het grondgebied van het huidige Italië. Ze hadden hun oog laten vallen op delen van Spanje en Noord-Afrika. Ondanks geduchte tegenstand (van onder anderen Hannibal) wisten de Romeinen steeds verder op te rukken.
Besloeg het Romeinse bij aanvang van de republiek nog maar een klein stukje aarde, 478 later, aan het einde van de republiek en het begin van de keizertijd, besloeg het rijk grote delen van het Middellandse Zeegebied. En Rome bleef dromen van meer…